< Terug

De helaasheid der dingen



< Terug

De helaasheid der dingen Let op met kinderen tot 12 jaar Geweld Drugs- en/of alcoholmisbruik Grof taalgebruik

Vrijdag 19 Februari 2010




De helaasheid der dingen Gunther Strobbe, 13 jaar oud, woont samen met zijn vader Celle en drie ooms (Breejen, Koen en Lowie) bij zijn grootmoeder. De Strobbes zijn, na een reeks mislukte huwelijken, terug ingetrokken bij hun hoogbejaarde moeder. Het mannengezin leeft er in het smerigste huis van het onooglijke Reetveerdegem onder het motto “God schiep de dag en wij feesten er ons vrolijk doorheen”. Elke avond gaat Gunther met zijn vader en ooms naar de lokale kroeg. Zij drinken zich lazarus terwijl Gunther zijn strafwerk maakt. De komst van tante Rosie en haar dochter Sylvie is een welkome afwisseling in de sleur van zijn uitzichtloze bestaan. Voor Gunther zijn Rosie en Sylvie het bewijs dat er leven bestaat buiten Reetveerdegem. De routine van alcohol, rokkenjagen en nietsdoen, wordt volledig doorbroken door een onverwachte inspectie van Kind en Gezin. Die laat er geen twijfel over bestaan: dit is geen omgeving waarin je een kind van 13 opvoedt. De reactie van vader Celle is kordaat: eerst slaat hij de inboedel kort en klein, dan timmert hij zijn zoon in elkaar en tenslotte meldt hij zich aan in een ontwenningskliniek. Komt het daarna nog goed tussen vader en zoon? IJdele hoop zo blijkt, want tijdens zijn eerste vrije weekend weerstaat vader Celle niet aan de lokroep van de Reetveerdegemse cafés. Kan Gunther op zijn minst de loop van zijn eigen geschiedenis beïnvloeden? Kan hij het lot alsnog een lelijke loer draaien? Kan hij wél ontsnappen aan de helaasheid der dingen?

< Terug